Overval op Osceola

Overval op Osceola 23-9-1861

De Overval op Osceola vond plaats op 23 september 1861 tijdens de Amerikaanse burgeroorlog. Het was een initiatief van de pro-Unie Jayhawkers uit Kansas om de Zuidelijke elementen uit Osceola, Missouri te verdrijven. De overval op de stad vond plaats zonder werkelijke toestemming van het Noordelijke leger. De stad kende een bevolking van 3000 inwoners en werd geplunderd en tot de grond afgebrand. Daarbij werden 9 inwoners geëxecuteerd. Deze overval vormde voor de Zuidelijke Bushwacker William Quantrill o.a. een excuus om zijn vergelding voor deze overval te rechtvaardigen met de slachting van Lawrence, 21-8-1863.

Achtergrond:
Na de Zuidelijke overwinning in de Slag bij Wilson’s Creek begon Zuidelijk generaal Price aan de zuivering van de weerstand in Kansas en probeerde hij zo ook de staat Missouri weer onder Zuidelijke gezag te krijgen.

James H. Lane, ook wel de leider van de Jayhawkers genoemd, wist 1200 manschappen te organiseren in een poging de oprukkende Price tegen te houden in diens plannen. Price wist Lane te verslaan in de Slag bij Dry Wood Creek nabij Fort Scott, Kansas. Lane trok zich vervolgens terug en Price zette zijn opmars voort naar Missouri en begon het Beleg van Lexington.

Osceola_1

Terwijl Price dus juist noordwaarts optrok, zette Lane de aanval achter Price in. Op 10 september 1861 passeerde Lane de staatsgrens van Missouri bij de Handelspost Kansas en begon Lane een offensief oostwaarts tegen Butler, Harrisonville en Osceola en Clinton, Missouri.

Osceola:
De climax van Lane’s campagne vond plaats op 23 september 1861 toen strijdkrachten van Lane een kleine Zuidelijke weerstand wisten te verslaan en vervolgens de stad Osceola plunderden en met de grond gelijk maakten. De, toen nog, kapitein Thomas Moonlight (later bereikte hij de rang van brigade-generaal) bombardeerde met zijn artillerie het St. Clair County gerechtsgebouw. Uiteindelijk waren de meeste Jayhawkers na de overval zo dronken dat ze niet meer instaat waren om zelf de opmars voort te zetten. Ze werden in wagens en karren afgevoerd. Tijdens deze afmars namen ze alle geplunderde zaken mee, waaronder Lane’s persoonlijk deel van de buit: een piano en een enorme hoeveelheid zijden jurken. Lane’s troepen werden bij hun uitmars vergezeld door honderden slaven die hun vrijheid tegemoet marcheerden naar Kansas richting vrijheid. Vervolgens werden Lane’s troepen noordwaarts verplaats naar Kansas City, waar ze op 29 september aankwamen om de terugtrekkende Price op te vangen.

Osceola werd door Lane’s troepen geplunderd waarbij ze 350 paarden buitmaakten, 200 slaven, 400 stuks vee, 3000 gevulde meelzakken en overige voorraden uit de winkels van de stad. Ook maakte men verschillende karren en wagens buit. Er werden 9 willekeurige inwoners gevangen genomen. Ze kregen een tronroffel en werden vervolgens geëxecuteerd. Op 3 gebouwen na, werden alle huizen platgebrand. De stad is deze catastrofe nooit meer te boven gekomen.

Gevolgen:
Deze overval vormde voor de Zuidelijke Bushwacker William Quantrill o.a. een excuus om zijn vergelding voor deze overval te rechtvaardigen met de slachting van Lawrence, 21-8-1863.

 

Dit bericht werd geplaatst in 09 - september, 1861, Noordelijke overwinning, Veldslag. Bookmark de permalink .

Plaats een reactie